Alternatieve Realiteiten bundelt een reeks fictieve planoefeningen die reële woonkwaliteiten onderzoeken. Deze werkwijze laat je als ontwerper toe om, los van een concrete context, je verder te verdiepen in hedendaagse woontypologieën en inspirerende suggesties en alternatieven op tafel te leggen. Waar, in de huidige situatie, appartementen veelal door (enkel) getallen - zoals oppervlakte, aantal slaapkamers en badkamers - worden gedefinieerd, komen in deze oefening karakteristieken met impact op de woonbeleving uitdrukkelijker op de voorgrond. Meer uitgesproken kwaliteiten zouden kunnen leiden tot een gevarieerder publiek dat uitdrukkelijk kiest voor een appartement als woonvorm, dichter bij de buren ten aanzien van vrijstaande woningen of halfopen bebouwingen. Minder inname van open ruimte betekent meer plaats voor productieve landbouw gronden, sportvoorzieningen, natuur- en recreatiegebieden, ... Kortom: meer adem-ruimte.
AR1_ BINNEnstebuiten
Zicht in elke windrichting, zeeën van natuurlijk licht, een inkomhal in directe verbinding met buiten, ...  zijn woonkwaliteiten die we als vanzelfsprekend associëren met een vrijstaande woning. Zijn ze echt onmogelijk te vinden in een appartement? Deze planoefening uitgewerkt tijdens de corona quarantaine (2020) in een appartement in Brussel, is het resultaat van een mentale zoektocht naar vrijheden en woonwaardes waarvan we, net door ze te missen, nog duidelijker het belang aanvoelden.
We zijn er als architecten van overtuigd dat het ook binnen compacte plannen mogelijk is licht tot diep in het hart van een woning te brengen, dat het mogelijk is een buitenruimte te ontwerpen die met verschillende kamers in verbinding staat zodat alternatieve circulatiemogelijkheden ontstaan. In dit plan nodigt de buitenruimte door zijn specifieke vorm aan tot een gevarieerd gebruik: in de ondiepe zone kan je dicht tegen de façade aan van de zon genieten terwijl een tafel in het diepere, beschutte deel uitnodigt tot gezellige maaltijden, lezen en tal van andere activiteiten met liefst wat minder directe zon/wind. Door de leef-en zitruimte letterlijk naar buiten te duwen zoals een grootschalige erker, ontstaan zichten in drie of zelfs vier richtingen. De passage naar de slaapkamer wordt opgevat als dressing/bergruimte. Zo creëert deze hall niet alleen noodzakelijke nuttige ruimte maar ook, zoals een trap in een woonhuis, een fysieke en symbolische afstand tussen het woon- en het slaapgedeelte, tussen de dag- en de nachtzone.​​​​​​​
AR2_ LANGSGEVEL
Door de toenemende druk om compacter, goedkoper en efficiënter (verhouding bewoonbare oppervlakte t.o.v. het geveloppervlak) te bouwen worden bouwvolumes als maar dieper. Een afstand van 16 meter of meer tussen twee parallelle gevels of vrijstaande volumes van 25m op 30m zijn zeker geen uitzonderingen meer. Hoge plafonds die veel licht tot diep in het plan binnen brengen zijn binnen de huidige economische modellen voor nieuwbouw moeilijk verdedigbaar. Diepe appartementen waar centraal een grote oppervlakte weinig
natuurlijk licht krijgt, zijn daar - te vaak - het resultaat van.
We vertrekken in deze planoefening vanuit de vraag of het toch nog mogelijk (betaalbaar) zou zijn om appartementen met een geringe diepte te realiseren rondom een centrale kern. Dit resulteert in een kruisvorm voorstel waarbij de bewoners langs de gevel heen leven. Aan de ene zijde van elk appartement rolt een langwerpige leefruimte zich vanaf de voordeur langs de gevel uit over de volledige lengte. Vijf ramen brengen niet alleen veel licht in deze ruimte maar zorgen ook voor een breed zicht naar buiten toe. Aan de andere zijde van de flat bevinden zich een reeks kamers die met elkaar verbonden zijn door een enfilade van deuren langsheen de andere gevel. Bij het open zetten van deze deuren krijgen bewoners ook hier een zicht over de volledige lengte van hun flat waarbij opnieuw volop licht door 6 ramen naar binnen valt. Deze opeenvolging van kamers laat een variatie aan mogelijke invullingen toe aangepast aan de noden en wensen van de bewoners: slaapkamer, bureau, TV-ruimte, atelier, speelruimte, bibliotheek,… Bovendien kunnen twee er van naar wens bij de leefruimte betrokken worden of er van afgesloten. De badkamer kom je binnen via een kleine wintertuin. Afhankelijk van de seizoenen garandeert deze binnen- of buitenruimte akoestische privacy in de bad- en slaapkamers en brengt ze via een glazen scherm natuurlijk licht tot in de badkamer.
Dit plan zien wij als een bouwvolume dat via de gesloten, kopse gevels aan een nieuw element kan geschakeld worden. Hierdoor ontstaat een masterplan van grote buitenkamers waarrond gewoond wordt.
terug naar boven